top of page
  • Wendy Brouwer

Rechtenvrije muziek bestaat niet meer

Bijgewerkt op: 1 apr.

Het is een aantal jaren onduidelijk geweest welke partijen namens naburig rechthebbenden afspraken kunnen maken over de hoogte, inning en uitbetaling van de billijke vergoeding bij muziekgebruik (Lees: gebruik van voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen).

Om die reden maakte Sena lange tijd een uitzondering voor leveranciers die zich op het standpunt stelden dat zij in hun repertoire gebruik maakten van ‘rechten-inclusieve’ muziek.

De Hoge Raad¹ heeft vervolgens een einde gemaakt aan deze onduidelijkheid door te bevestigen dat de Wet op de Naburige rechten (“WNR”) bepaalt dat voor het innen van een billijke vergoeding voor (her)uitzending en openbaarmaking van commerciële fonogrammen, Sena exclusief bevoegd is op grond van haar wettelijk mandaat. Het verweer dat de rechtenafkoop in een contract ook de billijke vergoeding van artikel 7 WNR zou omvatten, gaat sindsdien dus niet meer op. Als gevolg daarvan mag de uitzonderingspositie voor ‘rechten inclusieve’ muziek al sinds 1 januari 2021 niet meer door Sena worden toegepast. Die term is daarmee ook komen te vervallen: ‘rechten-inclusieve’ muziek bestaat feitelijk niet meer voor wat naburig recht betreft.

Om een geleidelijke overgang te faciliteren heeft Sena in goed overleg alle representatieve partijen langdurig uitstel gegund.

Vanaf 1 januari 2024 hebben ondernemingen en organisaties die gebruikmaken van ‘rechten-inclusieve’ muziek, een licentie nodig.

Natuurlijk is het ook mogelijk te blijven kiezen voor ‘rechten-inclusieve’ muziek en hiervoor de Sena-licentie aan te vragen, maar er kan ook een keuze gemaakt worden voor herkenbaar hitrepertoire. De Buma- en Sena-licentie hiervoor is eenvoudig in enkele stappen in orde te maken via www.mijnlicentie.nl.

19 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page